Dat communicatiemiddelen voortdurend verder verbeteren, wil nog niet zeggen dat er voortdurend beter wordt gecommuniceerd. Soms lijkt het tegenovergestelde waar.
Waar managers niet helder met hun medewerkers bespreken wat zij van hen verwachten, gaan medewerkers vaak dan maar zelf bedenken wat er van hen wordt verwacht. De uitdrukking “ik doe mijn best” krijgt een nieuwe lading, waarbij de nadruk zwaar op “mijn” ligt. Ik doe niet jouw best, manager, ik doe mijn best.
Het komt voor dat managers dat opmerken en er verontwaardigd door raken. Ze zouden toch moeten weten… men mag toch aannemen….het is toch logisch….het is toch normaal….etc. Maar wat men niet weet kan men niet raden, en men mag niets aannemen. Logica is sterk individueel gekleurd, en normaal betekent “volgens de norm”, doorgaans de eigen norm.
Als managers het instructie- en informatiedeel van hun functie overslaan, als zij daarnaast achteraf niet controleren, doen ze hetzelfde als hun medewerkers. Ze schrappen (belangrijke, in hun geval) delen van hun werk. Zij doen dus HUN best. Ze doen dus niet wat van hen wordt verwacht. Al dan niet bewust reageren hun medewerkers bijzonder adequaat op dit voorbeeldgedrag.
De manager die zich afvraagt of hij nou werkelijk vooraf alles uit moet leggen en of hij nou werkelijk achteraf alles moet controleren, doet er goed aan zijn functieomschrijving er eens op na te slaan. De kans is groot dat deze zaken er letterlijk in worden vermeld.
Medewerkers hebben recht op uitleg vooraf en al helemaal op controle. Demotivatie komt het meest voor waar controle is afgeschaft. Waar nooit wordt geconstateerd hoe hard en hoe goed er is gewerkt, wordt een groot beroep gedaan op zelfmotivatie. Doorgaans door managers die het niet op kunnen brengen zichzelf te motveren tot het uitvoeren van taken, die héél helder in hun taakomschrijving zijn geformuleerd. Rare wereld?